Ben jij ook bang van de boze wolf, ‘s avonds voor jouw deur ? Ik hoor hem soms krabben aan het raam, en dan wenste ik dat je bij me was. Als ik helemaal alleen thuis ben, dan voel ik me zo onveilig, zo onrustig. Elk geluid, iedere auto die voor de deur parkeert of gewoon de wind in de schoorsteenpijp, ik krijg er koude rillingen van. Ik weet nog een keer toen een paar jongens van de scouts op een zondagochtend grapjes uithaalden met mijn brievenbus. Ik hoorde plotseling dat typische geluid van de twee ijzeren lippen van mijn brievenbus, het weergalmde door het hele huis. Ik dacht even dat mijn hart een keer vergat te slaan, zo erg was ik geschrokken.
In groep hou ik me nog kranig, dan heb ik zelfs meestal de grote mond. Een echt haantje-de-voorste. Maar als ik alleen ben, dan krijg ik weer dat gevoel van verstikking, dan heb ik behoefte aan liefde en warmte en dialoog. Ben jij dan nooit eenzaam Cindy, zo zielig in je appartement met je olifantjes ? Heb jij nooit zin om eens een hele avond dicht bij een vriend te zitten, over honderden dingen praten zonder iets te zeggen, en dan in slaap te vallen met de zekerheid dat je geborgen bent, verborgen voor al het kwaad dat buiten door de straten van Mechelen kruipt ?
Toen ik je voor het eerst zag, in de supermarkt met je moeder, in de regen in St-Tropez, op de top van de Eiger, tijdens je proefles in de cursus journalistiek, dacht ik dat je waarschijnlijk een onbevreesd meisje was dat haar mannetje kon staan en helemaal alleen door de woestijn trok op zoek naar een spoor van een verdwenen beschaving. Eén oog gericht op het verleden, en ander op de toekomst. Geen tijd voor heden maar steeds op weg naar iets anders. Maar nu ben ik daar al niet zeker meer van. Zou het kunnen, dat er in die groene bolster wat anders zit dan plannen en beslissingen ? Verlangens en vergissingen misschien, of nog diepere dingen ? Ik vrees dat ik je niet zo goed ken, dat ik niet weet of je dat wil wat ik niet geven kan, dat ik weet dat jij niet wil wat ik zou willen dat je me kon geven, dat jij niet geeft wat ik zou willen weten, en dat ik wil geven wat jij nog niet weet.
Vind je het vreemd dat ik het soms warm en koud tegelijkertijd krijg ? Dat ik op mijn benen tril als ik deze brief tik ? Dat de dingen die ik denk nooit de dingen zijn die ik doe ? Dat ik zoveel vragen heb en jij al de antwoorden ? Misschien overval ik je wel met deze brief, schend ik je privacy en breek ik binnen in je beschermingswal. Misschien wil je niet dat de muren die je rondom jou hebt gebouwd ondoordachtzaam gesloopt worden door de eerste de beste indringer. Maar misschien heb je ergens een achterpoortje openstaan? Dan had ik graag het adres.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten